De een gaat na het storten van het salaris gewoon door alsof er niets gebeurd is. Anderen hebben alles geautomatiseerd en/of verdelen hun budget over potjes. Vandaag ga ik het met je hebben over budgetteren volgens die laatste methode.
Budgetteren is niet hetzelfde als bezuinigen
Laat ik direct even een misverstand de wereld uithelpen, op budget gaan betekent niet dat je de teugels enorm strak aantrekt en niets meer mag uitgeven. Budgetteren kan je helpen om te bezuinigingen, maar dat hoeft niet. Wat betekent het dan wel? Heel simpel: dat je van tevoren bepaalt waar je jouw geld aan uit gaat geven.
6 potjes budgetsysteem
In dit blog leg ik je het potjes budgetteringssysteem uit. Je verdeelt hiermee jouw maandelijks besteedbare bedrag over 6 potjes. Het noodzakelijke potje, plezier, financiële vrijheid, groeigeld, sparen om uit te geven en een geefpotje.
Noodzakelijke kosten (55%)
Meer dan de helft van je inkomen reserveer je voor noodzakelijke kosten. Dit zijn uitgaven zoals de huur of hypotheek, dingen die je nodig hebt, rekeningen, belasting, eten en drinken, kleding, etc. Gewoon de noodzakelijke dingen in het leven waar je niet zonder kunt.
Plezier (10%)
Dit is een plezierpotje. Hiermee kun je dingen doen, waar je bewust voor kiest. Zoals gezellig uit eten gaan, een weekendje weg of nieuwe iPhone oortjes kopen. Als je een partner hebt dan kunnen jullie allebei een eigen potje hebben en ben je geen verantwoording naar elkaar verschuldigd. Dit potje moét aan het einde van de maand op zijn.
Financiële vrijheid (10%)
Geld dat in dit potje gaat, komt er voorlopig niet meer uit. Het is bedoeld om meer financiële vrijheid te creëren. Hier kun je bijvoorbeeld aandelen van kopen om vermogen op te bouwen voor de toekomstige jij.
Groeigeld (10%)
De beste investering, is een investering in jezelf. Daar maak je namelijk niet alleen jezelf, maar ook anderen blij mee. Als je een cursus of opleiding tegenkomt die je wilt volgen, staat het geld voor je klaar in dit potje.
Sparen om uit te geven (10%)
Anders dan het potje van de financiële vrijheid, mag je het geld uit dit potje wél uitgeven. Je spaart hier bijvoorbeeld mee voor grotere uitgaven zoals vakanties, een nieuwe laptop, een nieuwe auto of een nieuwe bank.
Geven (5%)
Het laatste deel van je salaris gebruik je om iets voor anderen te doen. Je kan een doel steunen waar je een goed gevoel mee hebt, maar je kan er natuurlijk ook iets mee doen voor iemand die het nodig heeft.
De potjes hebben mij geïnspireerd
Door bovenstaand potjessysteem heb ik mezelf een tijd geleden laten inspireren. Vooral het plezierpotje was op een gegeven moment écht nodig, omdat ik te zuinig was geworden. ? Bij alles dacht ik: mag ik dit wel uitgeven? Ook heb ik geen geefpotje en studiekosten boek ik zakelijk af.
Zoals Christel (Het Rijke Wijf) het laatst zo mooi zei: je kan ook geven op een andere manier dan met geld. Zoals mensen helpen die je hulp nodig hebben, bloggen en reageren op reacties. Zo had ik er eigenlijk nog niet over nagedacht… Door te bloggen over financiën geef ik ook in de vorm van energie en tijd.
Overigens steun ik weleens goede doelen hoor. Maar dat doe ik dan via eenmalige donaties en wanneer ik daar zelf zin in heb. Ik wil niet dat het een maandelijkse vaste last voor me is.
Natuurlijk hoef je bij budgetteren niet per se fysieke potjes met cash geld te hebben. Je kan ook gewoon aparte rekeningen openen of de tussenstand van je potjes bijhouden in een spreadsheet. In een later blog zal ik nog wat dieper ingaan op mijn cashflow.
Heb jij een budget voor jezelf opgesteld? Wat vind je van het potjessysteem? En wil je er ook iets van delen? Ik ben heel benieuwd.
De 6 potjes zijn geïnspireerd op het JARS System of Money Management.
Geef een reactie